De troost in de andere zintuigen

0
72
Donkerblauw blokje

Ik word wakker. Het is midden in de nacht. Mijn hand reikt naar de rand van mijn kussen. Daar vind ik mijn tactiele, tongvormige klokje. Met trillingen geeft het aan dat het 2.46 uur is. Door het open raam ruik ik de regen. Hij spoelt het opgewarmde stof van straatstenen. Ik til de donzen zomerdeken even op om de frisse lucht binnen te laten. Mijn klamme lichaam huivert door de schok van de plotselinge kou.

Nu ik wakker ben, voel ik onmiddellijk de pijn in mijn ogen weer. Of misschien is het niet zozeer pijn. Het is meer irritatie. Irritatie die voortdurend aanhoudt en maar niet wil stoppen. Mijn ogen branden door de lichthinder die ze continu ervaren. Ook midden in de nacht. De slaapkamer is namelijk fel verlicht door een  schel lichtgrijsblauw vlak. Alsof ik midden op de dag naar de hemel staar. Het is niet altijd deze kleur. Soms is het fel oranje, de kleur van een woest om zich heen grijpend vuur. Allesverzengend, want het maakt niet uit of ik mijn ogen open of dicht heb. Ik zie hetzelfde en voel hetzelfde. Lichthinder van licht dat er niet is. Soms is het zo heftig, en vraagt het zoveel energie, dat ik niet goed meer weet of ik het nog wel kan verdragen. Dan voelt het zo intens aan dat het me bijna verstikt. 

Ik schuif naar zijn deel van het bed. Ik vraag zacht of ik even bij hem mag liggen. Ik heb mijn CI’s uit, dus ik hoor mijn eigen stem niet. Laat staan die van hem. Maar hij vouwt zijn linkerarm open om me toe te laten tot zijn domein. Ik kruip verder naar hem toe en leg mijn hoofd op zijn borst. Zijn arm sluit zich weer, om me heen. De mijne leg ik over zijn buik. Ik voel zijn lichaam, dat rustig op en neer deint onder mijn wang. Een warm, levend mannenlichaam. Hij ruikt naar slaap en een beetje zweet, vermengd met een restje Jean Paul Gaultier’s Le Beau.  Het maakt me rustig en ik voel dat het zal lukken weer in slaap te vallen. Voordat ik dat doe,  herinner ik me de zelfgemaakte tom kha kai soep in de vriezer. Een goed idee voor later vandaag. Een kop hartverwarmende soep. Troost zit altijd in de andere zintuigen.