De Verleiding

0
117
Donkerblauw blokje

Het zaaltje heeft een slechte, galmende akoestiek. Het geluid kan overal vrij tegen weerkaatsen. Er zijn geen gordijnen. Er is ook geen vloerbedekking of andere bekleding waardoor het geluid zou dempen. Het wordt dus een lastige avond. Ik zal maar heel weinig kunnen verstaan en zien doe ik het al helemaal niet. Het is veel te donker. Toch ben ik naar het feestje gekomen. Om er bij te zijn en om het niet uit de weg te gaan.

Ik zit aan de kopse kant van een tafel. Denk ik. Ik weet het eigenlijk niet zeker. Er komen steeds meer mensen binnen. Er gaan mensen naast me zitten. Ze beginnen met elkaar te praten. Ik versta het nauwelijks. Ik heb mijn Roger Select microfoontje meegenomen. Een rond schijfje dat het hopelijk wat makkelijker gaat maken. Tafels worden verplaatst. Jassen schuiven heen en weer langs mijn rug. Een hondenneus snuffelt aan mijn been. Ik aai stiekem zijn zachte kop onder de tafel. Ergens brandt vuur, een open haard? Ik voel een koude windvlaag van een deur die open gaat en de kille buitenlucht binnenlaat.
De organisatoren doen hun best het iedereen naar de zin te maken. Een stem vraagt wat ik wil drinken. Ik drink nauwelijks alcohol, maar nu tik ik drie biertjes weg om het lawaai wat dragelijker te maken en om ervoor te zorgen dat ik in de chaos niet teveel stil zal vallen. Ik hoop dat de drank snel werkt.

Hij is net binnen gekomen. Hij gaat schuin tegenover me zitten en doet zijn jas uit. Hij zegt zijn naam, die ik maar half versta. Ik zeg de mijne. Hij is slechtziend, maar hoort wel goed. Hij praat verder tegen me, maar ik versta hem niet. Ik geef hem mijn ronde microfoontje, die als een lichtgevende ufo van mijn hand naar de zijne zweeft. Als onze handen elkaar tijdens de overdracht raken, voel ik het. Ik voel het in zijn vingers. Ik voel dat hij geraakt wordt. Er zijn een aantal dingen die ik in die ene tel onmiddellijk weet. Deze man gaat in de loop van de avond naar me terugkomen. Dat is zonneklaar. Ik hoef niets anders te doen dan het af te wachten. Ik weet hoe het werkt. Ik heb het vaker ervaren. Het is mijn achilleshiel. Drank, drugs, gokken, spullen kopen, teveel of te weinig eten, dat soort verleidingen doen me allemaal niets. Maar deze treft me. Hierbij staat de duivel altijd in de hoek te lachen. Ik kan er moeilijk weerstand aan bieden. Ik besluit in die ene tel het te laten gebeuren, maar niet met hem mee naar een andere plek te gaan. Ik zal bij de anderen blijven. Zolang het bij gebabbel blijft, is het goed.

Er wordt iets donkers en duisters in mij aangeraakt. Iets dat raakt aan veel verdriet en pijn. Zoals dat vaak is met verleidingen, is dat bij mij nu ook het geval. Het heeft met eenzaamheid te maken. Als je zichtbaar gehandicapt bent, is het sociale leven in een niet-gehandicaptnormatieve wereld moeilijk. Vriendschappen en andere sociale relaties met niet-gehandicapte mensen zijn vaak ongelijkwaardig. Het is meestal net niet helemaal echt. Je bent net niet helemaal één van hen. Veel, veel vaker heb ik het gevoel dat de sociale relatie een soort gunst is, die niet-gehandicapte mensen aan me verlenen. En dat ik als doofblinde vrouw dus een ondergeschikte rol speel. Dit zit niet in mijn hoofd. Veel andere gehandicapte mensen vertellen exact hetzelfde verhaal. Daarnaast wordt het bevestigd als ik het lef heb iets aan te kaarten. Als ik mijn grenzen aan wil geven. Dan wordt men boos. Dat ik iets kritisch zeg, is niet de bedoeling. Vinden ze. Ik zou juist dankbaar moeten zijn. Vinden ze. Sociale ontoegankelijkheid is een onzichtbaar, afschuwelijk monster dat veel gehandicapte mensen in stilte opvreet.

De avond glijdt verder en verloopt zoals verwacht. Hij komt terug. Er volgt een uur waarin ik het fijn vind me even gewild te voelen. Maar zoals het ging toen ik 25 was, zo ver gaat het niet meer. In mijn hoofd en hart zijn nu ook de anderen en hun gevoelens aanwezig. Mijn echtgenoot, maar zeker ook de man tegenover me. En niet in de laatste plaats ikzelf. Ik houd het daarom bij wat geflirt. En hoewel hij voorstelt samen naar de open haard te gaan, blijf ik bij de anderen.
Normaal gesproken zorgt een verleiding ervoor dat je even weg kunt glijden van lastige gevoelens. Maar omdat deze verdoving nu niet volledig haar gang kan gaan, komt een paar nachten later het onderliggende verdriet naar boven. Het monster laat zich even aan me zien. De tranen stromen over mijn wangen. Ik laat ze maar.